De Midstars-story - Deel 5

Door: Jan Vlieg

Beeld: pexels.com

Verhalen als deze zijn wel vaker opgetekend. Toch is de Midstars-story in een aantal opzichten bijzonder:

 

1. Het begon als een jongensdroom, maar deze werd gerealiseerd.

2. Midstars begon als een jeugdclub, er kwam geen senior aan te pas. Besluiten werden in de kleedkamer genomen en iedereen mocht meepraten. Vanaf de oprichting in 1965 bleef deze situatie tot in de 70er jaren gehandhaafd. Mannen van het eerste uur waren ook betrokken bij het Ankerstars-project, dat eind jaren 90 over de bühne werd gejaagd.

3. De route van 2e klasse afdeling Groningen tot Eredivisie werd afgelegd zonder dat de reeks van promoties werd onderbroken. Kampioensfeesten kan in mij niet herinneren: we werden altijd 2e, maar het extra duel om promotie hebben we altijd gewonnen. Daarna hadden we maar een paar wedstrijden nodig om te anticiperen op het nieuwe niveau. Relaxed was het nooit, altijd stress, want de lat lag altijd hoog.

4. Aan het hele proces is geen trainer/coach te pas gekomen. Geen wonder, want die bestonden toen nog niet, alhoewel in de loop der jaren sommigen zich wel eens in de rol van coach probeerde te dringen. Die genazen snel van dat idee, want de spelers wisten het beter. 

Autodidact zijn heeft zijn voor- en nadelen. Het grote voordeel is, dat er geen slavendrijver staat te koeieneren. Het behoeft geen nadere toelichting dat geen van het spelerstrio ooit de wapenrok heeft gedragen. Dat was ook niet nodig, want wij wilden (te) graag, hadden doorzettingsvermogen en waren kritisch op onszelf en op elkaar. Het grote nadeel is, dat niemand boven de materie staat: wij groeiden mee met de materie, die jaarlijks op een hoger niveau kwam. Dat had wel gevolgen, met name voor de ontwikkeling van onze techniek: die was niet verfijnd en de verbinding tussen de verschillende slagen was niet gestroomlijnd. Bovendien had Pitstra wel iemand boven zich kunnen gebruiken om de fysieke componenten behorend bij topsport wat beter in de vullen….

Het grootste probleem op het technische front vormde de backhand van Anne. Toen hij op zijn 14e in een groeispurt terecht kwam, ontstond de zwabberhand, wellicht vergelijkbaar met de nationaal bekende zwabbervoet van schaatser Gerard Kemkers. Dat probleem is nooit opgelost, ook niet in het kader van het Nederlands team waar meer ervaren coaches zich hiermee bezig moesten houden. De focus moest worden verplaatst naar een geraffineerde service, een extreem gevaarlijke forehand en sterk voetenwerk. Als de kop goed stond en deze elementen (dus) goed liepen, kregen Europese topspelers als Tibor Klampar en Desmond Douglas het zwaar voor de kiezen. Maar zonder backhand ben je te kwetsbaar om constant op hoog niveau te acteren. Interessant was dan ook het experiment op latere leeftijd om met de Chinese penhoudergreep te spelen. Als sparringpartner voor de nationale ploeg klopte Anne op deze manier een van de kandidaat- internationals. Maar daar bleef het bij.

5. Was hetgeen Middelstum op de kaart zette topsport? Qua trainingsarbeid en toewijding voor het spel wel zeker! Voor de rest absoluut niet. Later zouden we in onze rol als trainer/coach heel andere eisen aan onze spelers stellen! 

6. Midstars deed het zonder sponsering, dat wil zeggen: de spelers weigerden reclame te maken voor het Grootkapitaal. Toen promotie naar de eredivisie een feit was, achtte het bestuur de tijd rijp voor een uniforme outfit. Als voorzitter bracht ik deze boodschap over aan mijn teamgenoten. Nu waren wij linkse, langharige rakkers overgoten met de saus van de flowerpower periode, dus unaniem besloten we de aangeboden outfits te weigeren. Met deze boodschap dompelde ik als voorzitter/speler de rest van het bestuur in wanhoop. Net als de hele NTTB trouwens. Want onze enige PR-actie had zijn uitwerking in die gelederen niet gemist. Die actie bestond uit een teamfoto op de cover van het Tafeltennis Magazine, waarin wij liggend op een pingpongtafel poseerden in aftandse kledij, Tiroler hoedjes en een walmende sigaar in het hoofd. Dat zooitje rebellen, diefjes van eigen portemonnaie, ging het opnemen tegen de glamourboys van Tempo Team, Delta- Lloyd, Bruynzeel Keukens, Dextro Avanti en Hia Panels De Veluwe. 

Prompt besloot de NTTB de kledingregels voor de hoogste klasse aan te scherpen, hetgeen ten koste ging van het gestreepte zwembroekje van Pitstra.

7. Charisma in combinatie met tomeloze strijdlust zorgde wel voor volle zalen. De gymzaal aan de Coendersweg liep gedurende enkele jaren propvol met 300-400 toeschouwers die voor een waar pandemonium zorgden. Een unicum in de geschiedenis van de tafeltennissport in Nederland. 

Voer voor de media, en dus werden de spelers culthelden. Is het arrogant om te stellen dat Anne en Jan Vlieg blijkbaar synoniem zijn met tafeltennis als we op de dag van vandaag, dus in het bejaardenstadium, nog steeds worden gevraagd voor het verzorgen van demonstraties??

8. De Eredivisieperiode stond bol van de memorabele momenten en feiten. Daarover meer in de volgende aflevering.


Jan Vlieg

Over Jan Vlieg

Hij staat te boek als de tafeltennisgoeroe van Nederland. Houdt zich al 52 jaar bezig met het spelletje bat&balletje. Was ooit technisch directeur&bondscoach NTTB. Leidde Bettine Vriesekoop in 1992 naar Europese titel en Oranje naar vier medailles. En met Ankerstars uit Middelstum werd hij kampioen van Nederland. Tegenwoorrdig is hij consultant tafeltennis. Jan levert met regelmaat columns en stories aan Sport in Stad.