Marianne Timmer (1998)

Door: Dick Heuvelman

Het uitstrooien van sportroem is doorgaans een privilege van sportjournalisten, die topprestaties als geen ander kunnen bewieroken. Soms gebeurt het ook andersom, worden – met name audiovisuele – verslaggevers opgenomen in de nationale sportlegende dankzij bijzondere daden van sporters. Zoals Frank Snoeks is overkomen. Hij is voor eeuwig verbonden aan de historische zin 'Timmertje, Timmertje…. wat ga je doen?'

Nou Timmertje, zijn spontaan opkomende koosnaam voor Marianne Timmer, was in Nagano op weg naar Olympische goud op de 1500 meter. Dat was op voorhand niet verwacht. In de zes woorden van Snoeks zat alles: verbazing, ongeloof, bewondering, trots en glorie.

En dat met een toonzetting waarin opwinding en realisme elkaar verdrongen. Het was ook nogal wat, wat er op 16 februari 1998 in de M-Wave gebeurde. Want zo'n superprestatie was de Groningse, althans niet op dat moment, niet toegedicht. Hoogstens een eervolle klassering achter de drie topfavorieten: de Oost-Duitse Gunda Niemann, de Canadese Catriona Le May-Doan en de Amerikaanse Chris Witty.

Maar elke topsporter heeft van die dagen dat alles naadloos in elkaar valt: vorm van de dag, de juiste mindset, zelfvertrouwen en de nodige goesting, zoals wielrenners dat plegen te zeggen. Vol er tegenaan. Met dank ook aan haar ploeggenoot Erben Wennemars, die zich opwierp als mentale aanjager. En dan was er Peter Mueller, de onorthodoxe Amerikaanse coach die van deze ingrediënten een explosief mengsel wist te maken. Nooit was er snellere schaatsmijl gereden: 1.57.58, bijna drie seconden onder haar persoonlijk record.

Timmer verzuimde na haar gouden race dan ook niet credits richting Mueller uit te spreken. “Peter heeft steeds tegen mij gezegd: jij bent de beste! Doe effe normaal, zei ik. Maar hij heeft wel gelijk gekregen. Ik kan het nog niet geloven."

De gouden surprise, ook nog eens gevolgd door een identiek bisnummer op de 1000 meter, was de bekroning van een moeizame weg naar de top. Een route bezaaid met voetangels en klemmen nadat ze als zesjarige op een sloot in het buurtschap Achterdiep bij Sappemeer haar eerste streken op het ijs had gemaakt. Die bleken goed genoeg voor het lidmaatschap van de ijsclub Borgercompagnie.

Maar in Groningen, om precies te zijn op het kunstijs van Kardinge werd ze gevormd tot topsporter. Ze meldde zich er in 1989 als veertienjarige, toen ze in Groningen naar school ging. Daar kreeg ze te maken met Tjaard Eisses en Ynco de Vries, twee bevlogen schaatstrainers die het talent van Marianne Timmer direct onderkenden. Eisses: “Ze had van die geweldig harde klappen, dat was het eerste wat me zo opviel.”

De volgende stap was toetreding tot de nationale juniorenselectie. Dat was geen onverdeeld succes. Ze werd er voor een boerinnetje uit het Hoge Noorden aangezien en moest het vaak ontgelden bij haar sarrende leeftijdsgenoten uit de Randstad. “Op mijn eerste buitenlandse tripjes,” zei ze in haar van haar vele interviews, “was ik de enige met een accent. De rest verstond mij zogenaamd niet. Ynco de Vries was in die tijd enorm belangrijk voor mij. Hij gaf mij het gevoel dat ik best goed kon schaatsen. Sterker nog: hij heeft mij doen beseffen dat ik het talent had om ver te komen. Daar zal ik hem altijd dankbaar voor zijn.”

De in 2017 overleden De Vries loodste zijn pupil naar haar eerste internationale succes, in 1994. Ze won toen brons bij het WK allround voor junioren. Niettemin wenste ze zich vervolgens  te specialiseren in het sprintwerk. Daarin zag ze met haar fysiek meer perspectief. Het leverde de Sappemeerse een plek op in de opleidingsploeg voor sprinters van Leen Pfrommer. Hij leerde Timmer goed omgaan met de klapschaats, wat leidde tot haar eerste grote internationale succes. Ze werd in 1997 wereldkampioen op de 1000 meter.

Desondanks voelde ze zich ook onder de vleugels van Pfrommer niet echt senang. Dat leidde, tot groot verdriet van Pfrommer, in de zomer van dat jaar tot een overstap naar de sprintploeg van Peter Mueller. De Amerikaanse vrijdenker bracht haar naar de top van de Olympus. “Dit komt voor mij niet onverwacht,” liet hij de pers weten na Marianne's Olympische goldrush, die in Turijn 2004 nog een toetje kreeg. Mueller: “Als Marianne echt iets wil, kan ze het ook.”

Mueller en Timmer konden het zo goed met elkaar vinden, dat ze 2001 met elkaar trouwden. Dat werd echter geen succes. Twee jaar later draaide het al weer uit op een scheiding.


Dick Heuvelman

Over Dick Heuvelman

Dick Heuvelman is synoniem aan Het Sportgeweten van het Noorden. Maar de oud-sportjournalist van het Dagblad van het Noorden, laat ook de landelijke en internationale sport niet met rust.

WEBSITE