Piet Swieter

Door: Dick Heuvelman

De generaties Groningers die na 1970 zijn geboren, zullen er zich weinig bij kunnen voorstellen, maar ooit was de Korenbeurs een place to be voor de Groninger sportliefhebbers. Dat was in jaren zestig van de vorige eeuw, toen er in het monumentale gebouw aan de kop van de Vismarkt topvolleybal werd gespeeld. De trekpleister heette Oranje Nassau, dat destijds tot de eredivisie was doorgedrongen en volle zalen trok. Wat heet! De Korenbeurs puilde veelal uit op zaterdagse namiddagen als de graanhandelaren hun tafels aan de kant hadden geschoven en 's lands beste volleyballers er hun kunsten mochten vertonen bij gebrek aan een echte sporthal.

Een beetje wedstrijd trok al gauw 1000 toeschouwers en bij de topwedstrijden moest de enige toegangsdeur al ver voor de eerste opslag worden gesloten op last van de brandweer. De hoofdrolspelers konden er jaren later nog niet over uit. Wijlen Jan Koster, de spelverdeler van toen: “De Korenbeurs was het mekka van het Nederlandse volleybal. Er hing altijd een geweldige sfeer en zelfs de topclubs waren onder de indruk van de ambiance in Groningen.”

De onbetwiste ster van Oranje Nassau was echter met afstand Piet Swieter, het kanon in de ploeg van coach Jan Boersma. Dat staat ook Enno van der Laan, één van Swieters ploeggenoten destijds, nog glashelder voor ogen. Van der Laan: “Speciaal voor Piet gingen vee; mensen naar de Korenbeurs. Met Hans Lodder, Jan Koster en Egbert Wessels hadden we meer goede spelers, maar Piet was een ware attractie met zijn spectaculaire smashes en sprongkracht. Hij sloeg bijkans de planken uit de vloer.”

Van der Laan ziet Piet Swieter nog aan komen waaien bij Oranje Nassau. “Wij speelden toen in de hoofdklasse en Piet bij Ons Genoegen, het schoolvolleybalteam van de Christelijke HBS. Maar toen hij daar klaar was, moest hij van O.G. af. Hij heeft toen voor ons gekozen en daar waren we erg blij mee. Met Piet promoveerden we naar de eredivisie.”

De ster van Swieter rees vervolgens snel. Binnen de kortste keren werd er door clubs met geld uit de Randstad aan hem getrokken en in 1962 debuteerde hij in het Nederlandse team. Nog wel als vertegenwoordiger van Oranje Nassau, dat zich dat jaar vice-landskampioen mocht noemen, maar toen het Dordtse Orawi met een aantrekkelijk voorstel bij Swieter op de deur klopte, was de smaakmaker vertrokken en luidde zijn vertrek het begin van het einde van Oranje Nassau als topclub in.

Uiteraard was Piet Swieter in 1964 ook van de partij in Tokio, waar hij de vaderlandse volleybal-eer op een Olympisch podium moest verdedigen. In dat internationale geweld moest Nederland genoegen nemen met een bescheiden rol, zevende in de eindstand. Uiteindelijk bracht hij het tot 78 interlands. Voor die jaren een flink aantal, want het internationale speelveld was aanzienlijk minder groot dan vandaag de dag. 

Swieter keerde in 1971 terug in het noordelijke volleybal, als trainer-speler van het Asser SFC. Het Noorden was hem – en zijn vrouw – altijd blijven trekken. En toen hij in het rustieke Drentse Anderen een boerderij op de kop kon tikken, regelde hij snel een verhuiswagen. Na Sudosa ging hij Lycurgus coachen, maar dat pakte niet goed uit. Na twee jaar kapte Swieter ermee. Hij ergerde zich groen en geel aan spelers die aan zijn gezag tornden, typisch iets voor het Lycurgus in die jaren. Nogal wat spelers zaten op de Academie voor Lichamelijke Opvoeding en dachten dat zij de (volleybal)wijsheid in pacht hadden.

Vervolgens richtte hij zich op andere vormen van vrijetijdsbesteding. Swieter werd directeur van het zwembad in Zuidhorn, kocht de camping Grunostrand in Harkstede, samen met oud-ploeggenoot Jan Koster uitbater van het vermaarde sport- en studentencafé Havenzicht in de stad en werd ook nog eens manager en bestuurslid van de Drafbaan in het Stadspark. Tussen deze bedrijven door was hij ook nog eens leraar van een Meao in Heerenveen.

Maar Piet Swieter wordt toch vooral herinnerd als het Kanon van O.N.


Dick Heuvelman

Over Dick Heuvelman

Dick Heuvelman is synoniem aan Het Sportgeweten van het Noorden. Maar de oud-sportjournalist van het Dagblad van het Noorden, laat ook de landelijke en internationale sport niet met rust.

WEBSITE